Lilse Golf & Country: Nederlandse Nienke laat Belgische golfclub floreren

Bron: Golf.nl

Net over de grens runt de Nederlandse Nienke Vink de Lilse Golf & Country. Haar verhaal is er een uit duizenden. Een relaas over hoe ze bij toeval in de golfwereld verzeild raakte, op een kruispunt in haar leven een opmerkelijke keuze maakte en iets heeft opgebouwd waar België ‘fier’ op mag zijn. “Ik wilde meer dan een café met vlaggen er omheen.”
Het druilerige weer is op deze dag bepaald niet verleidelijk voor een bezoek aan de golfbaan, maar bij aankomst op de natte parkeerplaats van de Lilse Golf & Country Club nodigt het half onder de bomen verscholen clubhuis in kerstsfeer wel uit. De licht piepende deur geeft toegang tot een allerminst teleurstellende ontvangstruimte, die later door Nienke liefkozend als huiskamer van de club zal worden omschreven.
De barman warmt het bezoek op met een kop koffie. De haard is aan, de kerstverlichting brandt ook.

Glimlach
Van Nienke nog geen spoor. Ze is, zo laat de barman weten, met de hoofdgreenkeeper de baan in om de schade van de hevige regenval de laatste dagen op te nemen. Te voet, want een buggy zou de baan alleen meer kwaad doen.
De golfbaan is dicht. Te nat om te spelen. Op de driving range buiten staan wél twee mannen op leeftijd ballen te slaan. Die laten zich niet door het weer tegenhouden.
Niet veel later zwaait de deur van de huiskamer open en komt Nienke met een glimlach binnen. De omstandigheden zijn allesbehalve reden voor vrolijkheid, maar als iets haar de afgelopen jaren heeft geleerd, menen we later tussen haar woorden door te horen, is het wel dat je positief in het leven moet staan.
Ze wisselt de laarzen in voor hippe sneakers en voegt zich bij het gezelschap uit Nederland.

Vanaf dag één was ik verliefd op de locatie.

Uitdagend
Het tij was op dat moment allesbehalve gunstig. De bankencrisis had een hoogtepunt bereikt. Nienke en Pieter-Bas hadden zelf net een stuk grond gekocht in Oud-Turnhout waar ze een huis wilden bouwen. Het spaargeld had dus al een bestemming gekregen.
Toch wilde de bank wel mee in het avontuur. “Maar voor 70% procent. Die andere 30% moesten we zelf inbrengen. Maar dat geld hadden we ook niet.”
Een vermogende lesklant van Pieter-Bas sprong bij. Hij kocht alles en maakte met de twee Nederlanders een overeenkomst: als jullie er klaar voor zijn, kopen jullie het weer van mij.
Het avontuur was op zijn zachtst gezegd uitdagend. De club had iets meer dan 300 leden en alles onder één dak: een kleine golfshop, horeca, secretariaat, administratie. “Ik ben echt wel in het diepe gegooid. Ik dacht het naast mijn baan in een tandheelkundige privékliniek te kunnen doen, maar ik kwam er snel achter dat het niet te combineren was. Toen heb ik me helemaal hierop gestort.”
Wel vond Nienke de tijd om zelf te gaan golfen. “Dat hoorde er toch wel bij. Het ging me gelukkig redelijk snel goed af. Kwam dat hockeyverleden nog van pas.”

Tot op de dag van vandaag loopt dat starterspakket als een trein.

Elitair
Zakelijk was het aanpoten. “Zeven dagen per week. Ik het begin zagen we zwarte sneeuw, zoals ze dat hier zeggen. We hadden geen middelen om extra personeel aan te nemen. Ik stond zelf de pintjes te tappen en was een manusje-van-alles. Pieter-Bas gaf zelf les en was verantwoordelijk voor de greenkeeping. We zijn langzaam gegroeid, maar het was niet simpel. We hadden eigenlijk verwacht dat de golfboom die er in Nederland al was, ook snel in België zou volgen. Maar dat viel wat tegen. Het is hier veel langer een elitaire sport gebleven, een sport voor dikke nekken.”

Voor de nieuwe eigenaren braken ‘jaren van knokken’ aan. “We hadden berekend dat we zo’n vijftig leden per hole nodig hadden, dan heb je in principe een golfbaan rendabel. Maar met 9 holes ben je ook een startersclub met veel verloop. Je moet dus steeds zorgen voor nieuwe aanwas.”

Start to Golf
Om die instroom gaande te houden bedachten de Nederlanders Start to Golf. Ze nodigden de vertegenwoordigers van de federatie Golf Vlaanderen uit om het plan te bespreken. “Want we wilden niets zonder goedkeuring doen en later iemand op ons dak krijgen.”
Maar het enthousiasme om beginnende golfers onder meer door middel van een pakket lessen eerder de baan in te krijgen, werd breed gedeeld. “Want daar komen ze voor. Je moet beginnende golfers niet demotiveren door ze te lang op die driving range te houden.”
Andere clubs volgden en Golf Vlaanderen erkende zelfs clubs met dergelijke initiatieven om nieuw golfers aan te trekken met een apart label. “Tot op de dag van vandaag loopt dat starterspakket als een trein, voornamelijk door mond-op-mond-reclame”, zegt Nienke.

Huwelijk
Het vervolksen van de golfsport in België heeft Nienke aan den lijve meegemaakt. “Toen ik zestien jaar geleden op de eerste voorzittersvergadering van Golf Vlaanderen kwam was 99% man, strak in het pak en de gemiddelde leeftijd 65-plus. Je zult begrijpen dat ik, toen nog iets jonger, bij binnenkomst wel werd aangekeken. En ik was ook nog Nederlander. Ik heb even de tijd nodig gehad om mezelf te bewijzen.”

Vanwege de beperkte ruimte binnen doen we de nieuwjaarsreceptie in juli buiten.

In 2012 werd dochter Anna Sophie geboren. “Toen werd het een nog grotere uitdaging om alles draaiende te houden. Op het secretariaat stond een box waar Sophie in lag. Op een gegeven moment ging het in onze relatie ook moeilijk. Of ik was op de golfclub of Pieter-Bas was daar, maar we waren weinig meer samen. Toen is ons huwelijk gestrand. En dan? We hadden de club inmiddels volledig overgenomen van de investeerder en waren allebei voor 50% eigenaar. Maar ik deed voor 80% procent het werk, ik was verantwoordelijk voor de horeca, administratie, sponsoring. Hij de lessen en de baan. Het was inmiddels mijn kindje geworden. Ik wilde ook heel graag door en gelukkig hebben we alles kunnen regelen en heb ik Pieter-Bas kunnen uitkopen.”

Gastvrijheid
Maar het harde werken bleef. Ze volgde een opleiding greenkeeping want daar had ze weinig kaas van gegeten. En voor specifieke kennis huurde ze een adviseur in: Kris Van Ingelgem. Nog steeds. Daarnaast kan ze een beroep doen op trouwe vrijwilligers.
Inmiddels is de 44-jarige Nienke zo’n acht jaar verder. De Covid-pandemie was eerst ook voor het bestaan van golfclubs een bedreiging, maar werd later een kans. Wandelaars en fietsers die voorheen het café-achtige golfclubhuis meden, werden gelokt met spandoeken en bleken verrast door de gastvrijheid en laagdrempeligheid in de ‘huiskamer’ van Nienke. Zo won de Lilse Golfclub, waar ook greenfeespelers welkom zijn, nieuwe zieltjes. “We zijn nooit een gesloten club geweest, maar toch was er voor die mensen een drempel. Twee jaar op rij kregen we er 200 nieuwe starters bij. Velen zeiden dat ze altijd wel hadden willen golfen, maar pas op latere leeftijd. Ze hadden bovendien niet verwacht dat ze het zo leuk zouden vinden. Veel zijn er blijven plakken, maar we hebben nog steeds veel verloop. Sommigen gaan weg naar een club met 18 holes, maar komen toch weer terug. We starten nu al de laatste twee jaar een seizoen met minimaal 700 leden. We zijn, met een gemiddelde leeftijd van ongeveer vijftig jaar, een van de jongste clubs in België. Bij de starters zitten veel twintigers, dertigers en veertigers. Vroeger deden we de nieuwjaarsreceptie in januari binnen. Nu doen we die in juli vanwege de drukte buiten op het terras.”

Elkaar helpen
Zelf is Nienke toegetreden tot de raad van bestuur van Golf Vlaanderen. “Daar zit inmiddels ook een heel jong team, een mix van mannen en vrouwen.”
Haar inbreng en ervaring komt de federatie van pas. Die deelt ze ook graag met ‘collega’s’, zoals ze andere banen noemt. Met een aantal zit ze in een whatsapp-groep, waarin gemeenschappelijke zaken worden gedeeld. “De bereidheid om elkaar te helpen is groot. Wil je advies over belangrijke zaken, dan kun je dat rustig in de appgroep vragen. Maar soms gaat het ook over kleine dingen zoals de prijs van een pintje.”

De leden zien dat hun geld goed wordt besteed.

Hoewel de Lilse Golfclub dicht aan de Nederlandse grens ligt, is het aantal Nederlandse (in België wonende) leden op één hand te tellen. “Er wonen hier in België ook niet meer zo veel Nederlanders als vroeger. Ik merk wel dat onze leden vaker in Nederland gaan spelen. Ze vinden vaak de Nederlandse banen beter georganiseerd. Gastvrij ook. Belgen zijn van nature wat gereserveerder. Het kost meer tijd om te integreren. Maar als je eenmaal geaccepteerd bent, is het ook helemaal okay.”

Café
De groei van de club heeft bijgedragen aan investeringen in verbeteringen aan de baan, machines, de driving range, het clubhuis en wat al niet meer. Nienke: “Als ondernemer wil je vooruit en de leden waarderen dat ook. Ze zien dat hun geld goed wordt besteed. Vroeger was in de winter het clubhuis twee dagen per week dicht. Nu zijn we zeven dagen per week open. Tot twee jaar terug heb ik heel veel alleen gedaan. Nu heb ik de luxe om personeel aan te nemen. Vroeger was dit een café met vlaggen er omheen. Nu is het een prachtige club met een volwaardige 9-holes baan die kwalitatief in orde is en waar het gezellig is.”